Nieuw ouder hoofd naar links. Omschrift: WILHELMINA KONINGIN DER NEDERLANDEN·
Waardeaanduiding met een grote 1 tussen het mmt. en mt. en tussen het jaartal, daaronder het woord CENT
De serie 1948 bestaande uit 25 en 10 cent nikkel, 5 en 1 cent brons is de enige uitgifte van munten met het portret van koningin Wilhelmina na de oorlog. Wegens de gevolgen van de oorlog zijn deze munten tot en met 1951, dus onder de regering van koningin Juliana, doorgeslagen. Exacte slagaantallen zijn niet bekend. In proof zijn 50 series geslagen van 25, 10, 5, 1 Cent 1948.
LSch.916a (1077a): proefslag met onder het hoofd opwaarts het woord proef. 50 stuks. R3
Deze munten zijn geslagen met de stempels van het uiteindelijk goedgekeurde ontwerp van Prof. L. O. Wenckebach
LSch.916b (1077b): piedfort afslag in zilver. Oplage ± 15 stuks. R3
LSch.916c (-): proefslag in nikkel. Collectie Coenen. R4
LSch: | 916 |
Sch: | 1077 |
Jaartal: | 1948 |
Type: | Type VI |
Materiaal: | brons |
Streefgewicht: | 2 g |
Diameter: | 17 mm |
Rand: | glad |
Muntteken: | mercuriusstaf |
Muntmeesterteken: | vis |
Medailleur: | Prof. L.O. Wenkebach |
Slagaantal: | 175.000.000 |
1 Cent, algemene omschrijving:
Brons, 2,5 g. en diameter 19 mm met kartelrand
Type I A: mt. mercuriusstaf, mmt. hellebaard
Type I B: De letters in het omschrift, de leeuw, het mmt. en mt. zijn groter en slechts 10 grote blokken in het veld
Type II A: mt. mercuriusstaf, mmt. hellebaard. Gewijzigde, meer heraldische leeuw op een veld van 15 blokken, het omschrift met kleinere letters en met KONINKRIJK (dus met een K i.p.v. G), mmt. en mt. kleiner – op de keerzijde zijn de oranjetakken van gewijzigde tekening, is het cijfer 1 smaller en de waardeaanduiding groter
Type II B: mt. mercuriusstaf, mmt. hellebaard. Het omschrift weer met KONINGRIJK (dus weer met een G), mmt. en mt. iets groter, het mt. dichter bij het einde van het omschrift
Type III A: mt. mercuriusstaf, mmt. zeepaard. Verbeterd wapen in overeenstemming met het Kon. Besluit van 10 juli 1907 o.a. een gewijzigde kroon, groter mmt. en mt. – op keerzijde gewijzigde oranjetakken met twee grote oranje-appels en met grotere waardeaanduiding
Type III B: Als type III A maar met mmt. druiventros
Type IV: Met mt. P(hiladelphia) en mmt. palmboom. Geslagen in Amerika tijdens de bezetting (WW II), bestemd voor gebruik in Curaçao en Suriname
Type V: 1 Cent zink tijdens de Duitse bezetting 1940-1945 in Nederland geslagen. Mt. mercuriusstaf, zonder mmt.
Type VI: Portret Wilhelmina naar links. Medailleur Prof. L.O. Wenkebach, mt. mercuriusstaf, mmt. vis
Let op:
In 1984 is in een oplage van 1200 stuks een uitgifte gedaan van een 'unieke herinneringsserie 1940-1945'. Dit betreft een setje van 5 'oorlogsmunten' in een plastic mapje. Deze penningen zijn vervaardigd van een nikkellegering. Het mt. mercuriusstaf ontbreekt omdat deze stukken niet bij de 's Rijks Munt zijn vervaardigd. Het zijn dus penningen. Ze worden echter af en toe als losse stukken aangeboden als proefslagen in nikkel hetgeen dus NIET waar is.
Zie ook het artikel in het Jaarboek voor Munt-en Penningkunde van Muntmeester Dr. J.W.A. van Hengel betreffende de aanmaak van het zinken oorlogsgeld