Jong hoofd met opgestoken haar met diadeem naar links. Omschrift: WILHELMINA - KONINGIN
13-regelige tekst: VERVAARDIGD / IN DE / KONINKLIJKE / UTRECHTSE / FABRIEK / VAN / ZILVERWERKEN / VAN / C.J. BEGEER / NAAR HET MODEL / VAN / PIER PANDER / 1899
Door Begeer zijn in 1899 deze ontwerpen gemaakt naar het officiële model van Pier Pander om aan te tonen dat het niet nodig was de stempels voor de Nederlandse munten in het buitenland bij P. Tasset te Parijs te laten maken. Zie ook W.K.F. Zwierzina ‘Penningkundige Geschiedenis’ blz. 11, nr. 55 en 56.
LSch.717a (-): Afslag in verzilverd brons. R3
LSch.717b (804): Afslag in brons. R3
LSch: | 717 |
Sch: | 804 |
Jaartal: | 1899 |
Materiaal: | Zilver |
Streefgewicht: | 11.57 g |
Diameter: | 28 mm |
Rand: | glad |
Medailleur: | naar P. Pander |
Zeldzaamheid: | R3 |
1 Gulden, algemene omschrijving
Zilvergehalte 945/1000; netto/bruto gewicht 9,45 / 10 g.
Type I: Jong hoofd met loshangend haar en parelsnoer naar links. Mmt. hellebaard.
Type II A: Kroningstype. Mmt. hellebaard
Type II B: Kroningstype als type II A maar in het randschrift ZIJ in plaats van ZY. Mmt. hellebaard
Type II C: Kroningstype als type II B maar op kz. zonder de waardeaanduiding onder het wapenschild. Mmt. hellebaard
Type II D: Kroningstype als type II C maar met mmt. hellebaard met ster
Type III: ‘Hermelijnen mantel’. Mmt. zeepaard. Een interessant artikel over het ontstaan van de beeldenaar met de Hermelijnen mantel kunt u lezen in het JMP 1987: Een vorstin in Hermelijn door Ir. F. Sevenhuijsen / Ir. J.A. Sevenhuijsen
Zilvergehalte 720/1000; netto/bruto gewicht 7,2 / 10 g.
Type IV A: ‘Ouder hoofd’. Mmt. zeepaard
Type IV B: ‘Ouder hoofd’ als type IV A maar met mmt. druiventros
Type IV C: ‘Ouder hoofd’ van iets gewijzigde tekening. De verdeling van het omschrift op de voorzijde is gewijzigd, waardoor de laatste N van NEDERLANDEN eindigt bij de hals. Op de keerzijde is het jaartal iets wijder uit elkaar en met P(hiladelphia) en eikel in plaats van het mt. en mmt. Geslagen in Amerika tijdens de bezetting (WW II), bestemd voor gebruik in Nederland.
Type IV D: ‘Ouder hoofd’ De voorzijde weer als type IV A. In het omschrift zijn de laatste twee letters van NEDERLANDEN weer onder de hals geplaatst. De keerzijde als type IV C met P en eikel in plaats van het mmt. en mt. maar het jaartal is dichter ineen geplaatst. Geslagen in Amerika tijdens de bezetting (WW II), bestemd voor gebruik in Nederland.
Type IV E: ‘Ouder hoofd’ De voorzijde weer als type IV C met mt. D (Denver) en palmboom in plaats van het mt. en mmt. Geslagen in Amerika tijdens de bezetting (WW II), bestemd voor gebruik in Nederlands Oost-Indië.
In 1934 zijn er penningen gemaakt met de waardeaanduiding 1 - FL· in goud en 1/20 - FL· in zilver. Beide penningen hebben een diameter van 35 mm. Dit betreft een ontwerp voor Pan Europa munten en zijn vervaardigd bij de Koninklijke Begeer. V. met naar links gewend kinder portret. Omschrift: ·POUR · L'AVENIR · DE · L'EUROPE. Kz. korenaar met aan weerszijden waardeaanduiding. Omschrift: · LA · CIRCULATION · DIMINUE · LE · CHOMAGE. KB. 866 en 867.
Er bestaat ook een serie guldens van type I tm. IV op een kleiner plaatje van 13 mm. Deze zijn in 1988 en 1989 door ‘s Rijks Munt geslagen speciaal voor verzamelaars met het muntmeestersteken aambeeld. Dit zijn echter geen officiële munten of ontwerpen maar moderne penningen.