2½ Gld 1898 – LSch.668 (782)


Voorzijde:

Jong hoofd met opgestoken haar naar links. Onder het hoofd de naam van de modelleur P. PANDER. Omschrift: WILHELMINA KONINGINDER NEDERLANDEN

Keerzijde:

Gekroond rijkswapen tussen waardeaanduiding G en met het omschrift onderlangs: MUNT VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN

Varianten:

LSch.668a (-): Variant zonder punt tussen voorletter en naam van de graveur P PANDER. R2

LSch.668b (-): Proefslag op een speciaal gematteerd plaatje. Collectie Coenen. R4

LSch.668c (782bis): Ontwerp in zilver – in het randschrift nog ZY in plaats van ZIJ. R4 of R5?
Op 21 maart 1901 zijn van Tasset uit Parijs de eerste proefstempels ontvangen, waarmee enige proefslagen gemaakt zijn met ZY in het randschrift. Op 10 april zijn 2 stuks aan de Minister van financiën aangeboden. Het Muntcollege stelde echter voor ZY te wijzigen in ZIJ, hetgeen door de minister op 16 april 1901 goedgekeurd werd. Ons is echter slechts 1 exemplaar van deze proefslag bekend!! Voorgekomen in veiling Künker 393, september 2023 kavel 3696 (Collectie Lod. S. Beuth). R4/5. Zie JMP 1956 p. 94-95.

LSch.668d (782b): Piedfort in zilver op 3-voudige zwaarte van ± 74,5 g. met ingestempelde mercuriusstaf op de rand. Slagaantal 10 exemplaren. Ferrariteit. Collectie Coenen. R4

LSch.668e (782a): Afslag in goud van ± 45,8 g. Slechts 2 exemplaren geslagen. Ferrariteit. Collectie NNC en Collectie Coenen. R4

LSch.668f (782bis*): Eenzijdig verzilverd galvano-ontwerp van de voorzijde. Het hoofd is van een andere tekening en het omschrift: KONINGIN WILHELMINA GOD ZIJ MET ONS. Gewicht 6.795 g. Geschonken door medailleur Paulin Tasset aan het Kon. Penningkabinet. Zie het verslag KPK 1900, blz. 45. R5

Bijzonderheid:

De feitelijke muntslag is pas in 1902 aangevangen. Hoewel niet werkelijk zeldzaam ziet men deze munten minder vaak. Vermoedelijk worden zij vanwege het charmante ontwerp vastgehouden door verzamelaars.

Volgende
LSch:
668
Sch:
782
Jaartal:
1898
Type:
Type II
Materiaal:
Zilver
Gehalte:
945/1000
Streefgewicht:
25 g.
Diameter:
38 mm
Rand:
★ GOD ★ ZIJ ★ MET ★ ONS
Muntteken:
mercuriusstaf
Muntmeesterteken:
hellebaard
Medailleur:
Pier Pander
Slagaantal:
100.000
Zeldzaamheid:
S

2½ Gulden of Rijksdaalder, algemene omschrijving

Zilvergehalte 945/1000; netto/bruto gewicht 23,625 / 25 g.:

Van het Type I -hangend haar- zijn geen Rijksdaalders vervaardigd

Type II: Kroningstype. Mmt. hellebaard

Van het Type III -hermelijnen mantel- zijn geen Rijksdaalders vervaardigd

Type IV A: Ouder hoofd. Mmt. zeepaard. Het zilvergehalte is verlaagd tot 720/1000; netto/bruto gewicht 18 / 25 g.:

Type IV B: Ouder hoofd. Mmt. druiventros

Type IV C: Ouder hoofd naar links met het jaartal 1943 en een D(enver) met palmboom. Geslagen voor gebruik in Nederlands Oost-Indië.

In 1898 komt de Friese beeldhouwer Pier Pander vanuit zijn woonplaats Rome naar Nederland op uitnodiging van minister N.G. Pierson om het portret te ontwerpen voor de nieuwe muntstempels in het kader van de 18 jarige leeftijd van de koningin. Hij bezoekt daartoe Soestdijk waar de koningin voor hem poseerde. Dit in combinatie met foto’s van de koningin leidde tot de beeldenaar voor de nieuwe muntslag. Nadat alles geregeld leek te zijn wordt echter de Parijzenaar Paulin Tasset (Graveur en Médaille et Monnaies, Membre de 'Académie Royale des Beaux Arts de Stockholm, Président de la Chambre Syndicale des Graveurs en tous genres) door het Muntcollege ingeschakeld. Tot grote irritatie van Pier Pander heeft hij aardig wat kritiek op het ontwerp: het relief is te vaag en zou spoedig bij gebruik slijten. Na diverse retoucheringen op zijn ontwerp werden de afgietsels van de voorzijde van de munt, te weten ‘één voor ’t goud en de ander voor ’t zilver’, door Pander op 18 oktober naar Pierson verzonden. De heer Tasset die deze modellen ook moest beoordelen namens het Muntcollege liet zijn reactie echter eindeloos afweten door elke keer met nieuwe uitvluchten te komen waardoor de feitelijke muntslag steeds moest worden uitgesteld. Het werd uiteindelijk 1902 voordat de muntslag plaats vond. Dit was het einde van de geschiedenis van de koninklijke beeldenaar – een geschiedenis die zich over jaren voortsleepte, resulterende in ‘de fraaiste munt die van onze Koningin bestaat’.

Bron: Pier Pander een Friese beeldhouwer in Rome. J.P. Wiersma. Drachten 1966.

Voorbeeld van een vervalsing:

Rdr-1898-vals_a copy

Rdr-1898-vals_r copy

Rdr 1898 klop KPK