Hoofd naar rechts, waaronder de naam van de graveur I. P. S. Omschrift: WILLEM III KONING DER NED. G.H.V.L.
Gekroond Nederlands wapen tussen waardeaanduiding 1 – G, het jaartal tussen twee punten. Onder het wapen 100 C.
Omschrift: MUNT VAN HET KONINGRYK DER NEDERLANDEN
LSch.500a (619a): afslag in goud van 17 g. Collectie Coenen. R4
Deze guldens zijn, evenals de dubbele gouden dukaat van 1867, geslagen voor de wereldtentoonstelling te Parijs in 1867.
LSch: | 500 |
Sch: | (619) |
Jaartal: | 1867 |
Materiaal: | Zilver |
Gehalte: | 945/1000 |
Streefgewicht: | 10 g |
Diameter: | 28 mm |
Rand: | ★ GOD ★ ZY ★ MET ★ ONS · |
Muntteken: | mercuriusstaf |
Muntmeesterteken: | zwaard |
Medailleur: | J.P. Schouberg |
Slagaantal: | enkele proefslagen |
Zeldzaamheid: | R4 |
Collectie: | Collectie Coenen |
1 Gulden, algemene omschrijving
Zilvergehalte 945/1000; netto/bruto gewicht 9,450/10 g
mmt. zwaard
In het algemeen verslag van het Munt college over 1896 staat een opgave van de guldens die ter onderzoek zijn aangeboden en de daarbij vals verklaarde exemplaren met een hoog zilvergehalte. Interessant is dat daar ook een gulden1869 wordt vermeld terwijl tussen 1866 en 1892 geen guldens aan ’s Rijks Munt geslagen zijn. In het handboek van Jacques Schulman staat deze vermeld onder nr. 621bis.
Veel van de valse exemplaren komen uit Nederlands Indië.