Jong hoofd naar rechts, op de halsafsnede inwaarts de naam van graveur MICHAUT onder het borstbeeld zijn graveursteken: Romeinse lamp en anker. Omschrift: WILLEM KONING – DER NED . G . H .V . L .
Gekroond Nederlands wapen tussen waardeaanduiding 1 – G, het jaartal boven de kroon tussen twee punten. Onder het wapen nogmaals de waarde als 100 C · Omschrift: MUNT VAN HET KONINGRYK DER NEDERLANDEN
Waarde 100 C.verder uit elkaar geplaatst terwijl ook de tekening en plaatsing van het mt. en mmt. wijzigt
LSch.268a (260a): Met een punt boven de 1 van het jaartal. R2.
LSch.268b (275): Piedfort op dubbele zwaarte ca. 21.8 of 19.5 g. In het randschrift ZIJ in plaats van ZY en met ingestempelde mercuriusstaf. Ferrariteit. Slagaantal 10. R4.
LSch.268c (276): Afslag in goud 20.7 g. In het randschrift ZIJ in plaats van ZY en met ingestempelde mercuriusstaf. Ferrariteit. Slagaantal 2. Collectie Coenen. R4.
LSch.268d (-): Afslag in brons. R3.
Zie ook de rubriek: Informatie → Afwijkende muntslag → Ferrari / Ferrariteiten
LSch: | 268 |
Sch: | (260) |
Jaartal: | 1820 |
Type: | Type I A |
Materiaal: | Zilver |
Gehalte: | 893/1009 |
Streefgewicht: | 10.766 g |
Diameter: | 30 mm |
Rand: | ★ GOD ★ ZY ★ MET ★ ONS · |
Muntteken: | mercuriusstaf |
Muntmeesterteken: | fakkel |
Medailleur: | A. Michaut |
Slagaantal: | 543.567 |
mmt. fakkel, mt. mercuriusstaf. Te Utrecht geslagen.
mmt. palmtak, mt. B. Te Brussel geslagen
mmt. lelie, mt. mercuriusstaf. Te Utrecht geslagen.
Ouder hoofd naar rechts, de naam van de graveur I. P. SCHOUBERG F. opwaarts op de halsafsnede.
Volgens de Wet van 22 maart 1839, Staatsblad no. 6. De diameter is verkleind tot 28 mm terwijl tevens het gehalte is verhoogd. In vergelijking met type I is de leeuw in het wapenschild lager geplaatst, omdat zijn kroon de rand niet mocht raken.
LSch.268b en LSch.268c zijn in 1905 in opdracht van mijn overgrootvader Jacob Schulman speciaal geslagen voor Ferrari door muntmeester van den Wall Bake met hiervoor opnieuw vervaardigde stempels. Deze bestelling wat betreft Willem I was: 3 Gulden 1822 B, Rijksdaalder 1840 en 1 Gulden 1820 in goud en dezelfde munten ook in zilveren piedforts. Daarom is op de rand ook een mercuriusstaf ingeslagen en is in het randschrift gezien de nieuwe spelling van 1901 de letter IJ in plaats van Y gebruikt.
Hieronder kunt u enkele unieke documenten inzien uit ons familie archief: