Historisch overzicht

Lodewijk Napoleon 1806-1810

Het handboek van de Nederlandse munten van 1795 - 2001

Terug naar de pagina "Historische overzichten" ...

Lodewijk Napoleon (Ajaccio, 2 september 1778 – Livorno, 25 juli 1846)
Koning der Nederlanden (1806-1810)
De onbuigzame broer

Lodewijk Napoleon Bonaparte werd op 2 september 1778 op Corsica geboren als vijfde kind van de koninklijke rechter Carlo di Buonaparte en zijn vrouw Letizia en was een van de vier broers van de toekomstige Franse keizer Napoleon Bonaparte.

Na de vroege dood van zijn vader ontfermde zijn oudere broer Napoleon, die ondertussen de rang van kapitein bereikt had in het infanterieregiment de La Fere in Auxonne, zich over de kleine Lodewijk. Zoals te verwachten was onder het beschermheerschap van de oudere broer, begon ook Lodewijk een militaire carrière, steeg snel in de hiërarchie en werd in 1795 bevorderd tot luitenant. Als adjudant van Napoleon tijdens de Italiaanse veldtocht van 1796 toonde de jonge Lodewijk moed en dapperheid toen hij tijdens de slag bij Arcole zijn broer, die onder een gevallen paard terechtgekomen was, bevrijdde en zo zijn leven redde. Napoleon benoemde hem niet alleen tot commandant, maar gaf hem in 1799 als eerste consul zelfs het bevel over het 5e Dragonder-regiment. Lodewijk Bonaparte had zo de rang van divisiegeneraal bereikt op slechts 21-jarige leeftijd. Zijn broer stuurde hem tussen 1800 en 1801 met zijn regiment op verschillende militaire missies naar Rusland, Pruisen, Zweden en Denemarken. Een kort militair conflict dat door Napoleon uitgelokt was, de zogenaamde 'Sinaasappeloorlog', tussen Portugal, bondgenoot van Engeland, en Spanje, dat aan de kant van Frankrijk stond, werd door Lodewijk Napoleon beëindigd met het Verdrag van Badajoz in 1801.

Nadat zijn broer Napoleon zichzelf op 2 december 1804 tot keizer gekroond had in de Notre-Dame in Parijs, werd Lodewijk 'keizerlijke prins van Frankrijk' en 'Connétable de France' (opperbevelhebber van de Franse troepen). Napoleon streefde er al vroeg naar om een erfelijke dynastie te vestigen. Zonder rekening te houden met gevoelens, gebruikte hij zijn zussen om dit doel te bereiken. Zo huwelijkte hij zijn zussen uit aan toegewijde generaals en ook de twee kinderen die zijn vrouw Joséphine de Beauharnais in het huwelijk gebracht had, werden in zijn plannen betrokken.

lodewijk-napoleon-hortense-koning-koningin-holland

Zonder omwegen regelde hij een huwelijk tussen de jonge Lodewijk en Hortense de Beauharnais, hoewel de twee partners elkaar om verschillende redenen niet mochten en het huwelijk, dat drie zonen voortbracht, eindigde in een ramp. Uiteindelijk leefden ze gescheiden van elkaar, maar Paus Pius VII wees een scheiding categorisch af. Pas met de dood van Hortense in 1837 was Lodewijk weer vrij om een nieuwe verbintenis aan te gaan met de slechts zestien jaar oude Iulia Marchesa di Strozzi. Het huwelijk bleef kinderloos. Bovendien werd de gezondheid van Lodewijk Bonaparte al op jonge leeftijd aangetast. Hij leed aan artritis en progressieve spieratrofie, kon maar matig herstellen van een paardrijongeluk en raakte steeds vaker in een depressie naarmate hij ouder werd.

Lodewijk Bonaparte begon pas echt een rol te spelen op het politieke toneel van die tijd toen hij door zijn broer geïnstalleerd werd als koning der Nederlanden. Na de verwoestende nederlaag van de Pruisen bij Jena en Auerstedt in de Vierde Coalitieoorlog in 1806 vaardigde Napoleon het decreet uit over de 'Continentale Blokkade' tegen Engeland, dat hij op deze manier economisch wilde verslaan nadat hij zijn vloot verloren had in de Slag bij Trafalgar. Napoleon dwong de Nederlandse 'Bataafse Republiek' toe te treden tot dit verdrag en installeerde bovendien zijn broer Lodewijk als koning der Nederlanden om een garant te hebben voor de handhaving van de Franse belangen. In principe zag hij de jongere broer niet als een monarch, maar eerder als een 'gekroonde prefect', zoals Hortense de Beauharnais het eens uitdrukte. Op 18 juni 1806 arriveerde Lodewijk in zijn nieuwe residentie, het paleis 'Huis ten Bosch' bij Den Haag. De nieuwe koning gedroeg zich echter niet zoals Napoleons politieke berekeningen voor ogen hadden. Vanaf het begin toonde hij interesse in zijn koninkrijk, waardoor hij niet alleen goed werd ontvangen door de Nederlanders, maar in de loop van zijn korte regeerperiode ronduit populair werd. Hij leerde de taal, hervormde de Nederlandse wetgeving, gaf het land een nieuwe grondwet, verbeterde de armen- en ziekenzorg en stichtte het Rijksmuseum in de nieuwe hoofdstad Amsterdam.

Veel van de hervormingen die hij in gang zette, hebben vandaag de dag nog steeds invloed op het land. Dit alles misnoegde zijn keizerlijke broer, maar het feit dat Lodewijk de handelsboycot tegen Engeland openlijk ondermijnde, omdat dit de Nederlandse economie enorm geschaad zou hebben, werd door Napoleon gezien als verraad. Woedend beschuldigde hij Lodewijk: "Je hebt van Holland een Britse kolonie gemaakt en bent een ergere vijand van Frankrijk dan Engeland zelf." Op 16 maart 1810 werd Lodewijk gedwongen een verdrag te ondertekenen waarin alle gebieden ten zuiden van de Rijn zonder compensatie afgestaan werden. Voor Holland betekende dit het verlies van een derde van zijn grondgebied. Op 3 juli 1810 trad Lodewijk af als koning van Holland. Bij het Verdrag van Rambouillet op 9 juli 1810 werd het land geannexeerd als Frans Département. De Oostenrijkse keizer Frans I, Napoleons schoonvader, stond Lodewijk toe om in Oostenrijk te blijven, waar hij in Graz woonde als 'Graaf van St. Leu'. Lodewijk was nu niet meer betrokken bij de politiek, maar was actief in de literatuur en maakte kennis met Johann Wolfgang