Z.j. (±1900). Grote plaquette Gebroeders Jacometti

Hendrik Albert Willem Azon Jacometti (1883 Batavia-1965) en Nicolaas Azon Jacometti (Batavia 1891-1981) waren zonen van Nicolaas Azon Jacometti (Batavia 1857- Bloemendaal 1927) en Henriette Elizabeth van Hulsteijn, een roemruchte Indische familie. Zij verhuisden in 1897 definitief met hun zeer gefortuneerde ouders van Nederlands Indië naar Amsterdam. Eerst vestigden de familie zich op de Heerengracht in Amsterdam, maar spoedig verhuisden ze naar Bloemendaal, terwijl vader een kantoor aanhield in Amsterdam (Achterburgwal 177) voor al zijn Indische werkzaamheden. Albert was in zijn werkzame leven ingenieur en Nicolaas Jacometti ging bij het Leidse Studentencorps en kreeg uiteindelijk een hoge functie bij Slavenburg in Rotterdam.

De medailleur Lambertus Franciscus Edema van der Tuuk studeerde aan de Kunstnijverheidsschool Quellinus Amsterdam, waar hij les kreeg van Louis Bourgonjon en Bart van Hove. Hij kreeg een beurs, waarmee hij zijn opleiding kon vervolgen aan de Koninklijke Academie in Brussel bij Charles van der Stappen. Van Brussel ging hij naar Parijs om te studeren aan de École des Arts decoratifs. Rond 1897 opende hij zijn eigen atelier in Amsterdam.Van 1904 tot 1926 was hij leraar boetseren aan de Academie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen in Rotterdam. Leerlingen van hem waren onder meer Cor van Kralingen en Bernard Richters.

Een foto van deze plaquette bevindt zich in het Museum van de stad Rotterdam (zie afbeelding).