• Munten & Penningen

Historisch overzicht

BATAAFSE REPUBLIEK 1795-1805

Het handboek van de Nederlandse munten van 1795 - 2001

Terug naar de pagina "Historische overzichten" ....

HET STAARTJE VAN DE REPUBLIEK

Net als in andere delen van Europa nam aan het einde van de 18e eeuw de weerstand tegen de adel en de regentenklasse toe. In Nederland manifesteerde dit zich al tussen 1783–1787 door de strijd tussen de Patriotten en de Orangisten. Met behulp van Frederik van Pruissen werd de macht van stadhouder Willem V in 1787 hersteld maar dit bleek slechts van korte duur.

In 1789 brak de Franse revolutie uit en de belangrijkste machthebbers waren van mening dat de revolutie in heel Europa zou moeten plaatstvinden. De Franse minister van buitenlandse zaken Ch. Fr. Lebrun onderhandelde daartoe met enkele vertegenwoordigers van de Patriotten over de landsgrenzen en exploitatie van de te veroveren gebieden. Op 1 februari 1793 verklaart Frankrijk de oorlog aan George III van Engeland en aan onze stadhouder Willem V.

In de herfst van 1794 viel een Frans leger onder leiding van generaal Pichegru ons land binnen. Na de vele overwinningen door de Fransen vluchtte stadhouder Willem V op 18 januari 1795 naar Engeland. De volgende dag 19 januari 1795 werd de Bataafse Republiek uitgeroepen en daarmee hield de republiek der 7 verenigde provinciën op te bestaan. De nieuwe republiek sloot een verbond met Frankrijk op 16 mei 1795 waarbij de Franse republiek de Bataafse Republiek als onafhankelijke en vrije staat erkende en het stadhouderschap werd afgeschaft.

De Bataafse republiek betaalde hiervoor wel een hoge prijs:

Zij moest honderdmiljoen gulden betalen voor de ‘bevrijding’, een bezettingsleger van 25.000 man onderhouden en een lening aan de Fransen verstrekken. Maastricht, Venlo en Zeeuws Vlaanderen werden Frans gebied. De haven van Vlissingen moest worden opengesteld voor Franse Schepen.

De Bataafse Republiek ging over tot een meer gecentraliseerde regering, uniforme rechtspraak, munteenheid, maten & gewichten en belastingheffing.

De munten uit deze periode zijn nog onveranderd van hetzelfde provinciale type zoals men die al honderden jaren gewend was. De omschriften werden vooralsnog niet aangepast en bleven nog steeds in het Latijn verwijzen naar de oude situatie van provinciën en gewesten. Ze werden overigens geslagen op de oude nog aanwezige schroefpersen en komen vaak enigszins ovaal voor.

Ook van de beoogde gecentraliseerde muntslag kwam voorlopig weinig terecht en werden de munten nog in de bestaande provinciale munthuizen uit de periode van de Republiek der 7 Verenigde Provinciën geslagen namelijk voor Gelderland te Harderwijk, voor Holland te Dordrecht, Enkhuizen en Hoorn, voor West-Friesland te Enkhuizen, voor Zeeland te Middelburg, voor Utrecht in Utrecht-stad en tenslotte voor Overijssel te Kampen

Wel zijn er verschillende ontwerpen voor nieuwe munten gemaakt, waarvan er in de verzameling van de ‘Nationale Numismatische Collectie, De Nederlandsche Bank’ een aantal schetsen bewaard zijn gebleven. Tot een stempelvervaardiging is het echter bijna nooit gekomen. Slechts van een enkel ontwerp zijn daadwerkelijk enkele proefmunten geslagen (zie LSch.113 t/m 117).