Historisch overzicht

BATAAFSE REPUBLIEK 1795-1805

Het handboek van de Nederlandse munten van 1795 - 2001

Terug naar de pagina "Historische overzichten" ....

Liberté, Égalité en Fraternité voor Nederland

De oude Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, die sinds 1648 in de Vrede van Münster volkenrechtelijk erkend was, eindigde in 1795. Zij werd voor een korte periode van 1795 tot 1806 vervangen door de 'Bataafse Republiek' met basisprincipes zoals volkssoevereiniteit, scheiding der machten en gelijkheid van alle burgers, die georiënteerd waren op de idealen van de Franse Revolutie.

De oprichting van de Bataafse Republiek was het eindpunt van een ontwikkeling die al in het laatste kwart van de 18e eeuw in Nederland begonnen was. Democratische krachten, geleid door de ideeën van de Verlichting, verzetten zich tegen de nauwe verstrengeling van een koopmansaristocratie, die ook het hogere ambtenarenapparaat vormde, en het Huis Oranje-Nassau, dat sinds 1747 het erfelijk stadhouderschap in Nederland had en daarmee het opperbevel over leger en vloot. De vrijheidslievende Nederlanders waren niet langer bereid zo'n concentratie van macht in de handen van enkelen te accepteren. De republikeinse beweging van de 'patriotten', die in de jaren 1780 actief was, wilde het stadhouderschap zelfs helemaal afschaffen. Hun tegenstanders waren de 'Oranjegezinden', die Willem V verdedigden maar in 1786 tijdelijk van de macht beroofd werden.

Willem vluchtte naar Engeland; zijn vrouw Wilhelmina van Pruisen, die in zijn plaats de erfelijke voogdij overgenomen had, riep haar broer Frederik Willem II van Pruisen te hulp. In september 1787 marcheerden 25.000 Pruisische soldaten Nederland binnen en hielpen de stadhouder Willem V zijn ambt terug te krijgen. Een groot deel van de republikeinse opstandelingen vluchtte vervolgens naar Frankrijk. Willem sloot onmiddellijk een verbond met Pruisen en Engeland, de belangrijkste vijand van het revolutionaire Frankrijk.

Op 1 februari 1793 verklaarde Frankrijk de oorlog aan de Verenigde Nederlanden en Groot-Brittannië. In de winter van 1794/95 veroverden Franse troepen onder generaal Jean-Charles Pichegru Nederland en Willem V vluchtte opnieuw naar Engeland. De republikeinse Hollanders die teruggekeerd waren uit Franse ballingschap riepen de 'Bataafse Republiek' uit, naar de West-Germaanse stam van de Bataven die zich rond 50 voor Christus aan de monding van de Rijn gevestigd hadden.

De Bataafse Republiek sloot op 16 mei 1795 in Den Haag een vrede met Frankrijk, die een aantal strenge voorwaarden bevatte: de 'Habsburgse Nederlanden', waaronder de exclaves Maastricht, Venlo, Staats-Luxemburg en Limburg (ruwweg het gebied van het huidige België), werden geannexeerd door de Franse Republiek, en de nieuwe republiek moest ook 25.000 Franse soldaten op haar grondgebied houden en honderd miljoen gulden aan oorlogskosten betalen.

In januari 1796 werd er een 'Nationale Vergadering' gekozen naar Frans model; de Oranjegezinden werden echter uitgesloten van de verkiezingen. De Nationale Vergadering kwam op 1 maart 1796 bijeen in Den Haag. Terwijl Nederland tot dan toe een min of meer losse statenbond geweest was, vormde de Bataafse Republiek een eenheidsstaat die centraal bestuurd werd. In 1798 werd het grondgebied van Nederland verdeeld in acht departementen. Twee partijen zaten tegenover elkaar in het parlement: de 'aristocraten', die pleitten voor het behoud van het oude federalistische systeem, en de 'democraten of unitariërs', die pleitten voor de eenheidsstaat. Op 22 januari 1798 pleegden de unitariërs een bloedeloze staatsgreep, goedgekeurd door het Franse Directorium, waardoor de meeste leden van de federalistische factie hun zetels verloren en in sommige gevallen hun vrijheid. De unitariërs hadden dus de macht in de republiek overgenomen.

De munten uit deze periode zijn nog onveranderd van hetzelfde provinciale type zoals men die al honderden jaren gewend was. De omschriften werden vooralsnog niet aangepast en bleven nog steeds in het Latijn verwijzen naar de oude situatie van provinciën en gewesten. Ze werden overigens geslagen op de oude nog aanwezige schroefpersen en komen vaak enigszins ovaal voor.

Ook van de beoogde gecentraliseerde muntslag kwam voorlopig weinig terecht en werden de munten nog in de bestaande provinciale munthuizen uit de periode van de Republiek der 7 Verenigde Provinciën geslagen namelijk voor Gelderland te Harderwijk, voor Holland te Dordrecht, Enkhuizen en Hoorn, voor West-Friesland te Enkhuizen, voor Zeeland te Middelburg, voor Utrecht in Utrecht-stad en tenslotte voor Overijssel te Kampen

Wel zijn er verschillende ontwerpen voor nieuwe munten gemaakt, waarvan er in de verzameling van de ‘Nationale Numismatische Collectie, De Nederlandsche Bank’ een aantal schetsen bewaard zijn gebleven. Tot een stempelvervaardiging is het echter bijna nooit gekomen. Slechts van een enkel ontwerp zijn daadwerkelijk enkele proefmunten geslagen (zie LSch.113 t/m 117).