- Munten
- Penningen
- Papiergeld
- Varia
- Boeken
- Cadeaubon
- Wie zijn wij?
- Informatie
- Taxatie
- Contact
- Handboek - Naslagwerk
- Totale collectie
Gevleugelde jongeling met pijl plaatst een vrijheidshoed op het boek van de nieuwe staatsregeling, dat op een zuil ligt. Op het altaar in een ovaal anker en vis. Een opgaande zon op de achtergrond, het jaartal 1800 in de afsnede.
EEN EN ONDEELBAAR STERK .
Twee samengebonden eikentakken, waarbinnen de waardeaanduiding.
BATAAFSCH GEMEENEBEST . – ‘ T 6 JAAR .
Van de zilveren afslagen uit deze serie bestaan ook moderne 20e eeuwse in het buitenland met valse stempels vaardigde stukken.
Medailleurs: J.G. Holtzhey en D. van der Kellen Sr.
LSch: |
113 |
Sch: |
(110) |
Jaartal: |
1800 |
Type: |
Type I A |
Materiaal: |
Zilver |
Streefgewicht: |
31,5 g |
Diameter: |
42 mm |
Rand: |
Gladde rand |
Muntteken: |
Geen |
Muntmeesterteken: |
Geen |
Medailleur: |
J.G. Holtzhey en D. van der Kellen Sr. |
Slagaantal: |
n.b. |
Zeldzaamheid: |
R4 |
Collectie: |
NNC |
Algemene informatie ontwerpen voor een serie nieuwe munten voor ’t Bataafse Gemenebest
De tweede kamer verwierp de ontworpen nieuwe muntwet en de serie werd niet uitgegeven. Er zijn in het geheel slechts 3 of 4 series in zilver geslagen, waarvan twee series zich in de Nationale Numismatische Collectie, De Nederlandsche Bank (NNC) bevinden. Bovendien bestaan er nog enkele aparte stukken in zilver, tin of lood en in verguld of grijs karton. Ze zijn dus uiterst zeldzaam.
De munten zijn ontworpen door J.G. Holtzhey in samenwerking met David van der Kellen sr. en in overleg met de Secretaris van Financiën I.J. Alexander Gogel.
De 3 Gulden, 1 Gulden en 10 Stuiver zijn geslagen op de oude provinciale munten van die waarde opdat de middellijn en het gewicht precies hetzelfde zouden zijn. De oude voorstelling werd zoveel mogelijk verwijderd, maar zijn toch nog enigszins zichtbaar. In het Koninklijk Penningkabinet is de Gulden geslagen op een provinciale Gulden 1776.
Zie over deze munten en de ontwerptekeningen, die daaraan voorafgingen, het artikel van de heer A.O. van Kerkwijk, in het JMP 1926.
